Woordenschat voor het lezen

Vooraleer we de studenten een tekst laten lezen (of beluisteren), is het belangrijk om te focussen op nieuwe woordenschat. Vaak gaat het om kernbegrippen en/of woorden die niet uit de context af te leiden zijn.

De docent brengt op diverse manieren de nieuwe woordenschat aan. Ze biedt de studenten een woordenschatlijst aan, ze beeldt de woorden uit en gebruikt veel intonatie. De docent gebruikt illustraties, verwijst naar de leefwereld van de studenten en wijst op de transparantie van woorden (gelijkaardige woorden in andere talen). Tot slot wijst de docent erop dat je ook de betekentis van de woorden kan afleiden uit de context en dat je dus niet elk woord afzonderlijk hoeft te begrijpen. Het is belangrijk dat de docent de woorden zelf uitspreekt. Op die manier kennen de studenten de juiste uitspraak, naast de betekenis en spelling van het woord.